De rol van Nederland in de slavernij

Wie zijn geschiedenis niet kent is gedoemd deze te herhalen, zo luidt een bekend gezegde. Toch vinden we het vaak onprettig om kritisch naar ons eigen verleden te kijken. Politici roepen dan heel vergoelijkend ‘met de kennis van nu, zouden we …’ om maar geen verantwoordelijkheid te hoeven nemen of schuld te bekennen. Zo worden Nederlanders niet graag herinnerd aan hun verleden in de slavenhandel. Toch kun je, lopend in Werelderfgoedsteden als Amsterdam of Middelburg, afvragen hoe een klein landje als Nederland ooit zoveel geld hebben vergaard om dit te realiseren. Het antwoord is even simpel als confronterend: handel! Niet alleen handel in goederen maar ook in mensen. Veel mensen. Miljoenen mensen. Minister president Balkende sprak in de kamer over de goeie ouwe VOC-mentaliteit… Maar wat was dat eigenlijk voor mentaliteit? Mogen we of moeten we daar, ‘met de kennis van nu’ trots op zijn, of noopt dit eerder tot bescheidenheid in de rol van Nederland als moreel centrum van de wereld. Nederland als vestigingsplaats van internationaal recht. Lopend in tropische gebieden, de Nederlandse vlag in top, Nederlandse gemeentes als Bonaire en Saba, Suriname… De rol van Nederland in de slavernij in de Gouden Eeuw. De relatie met de religie van die tijd - de moraal - wereldbeeld - Darwiniaans denken. Welke motieven brachten onze voorvaderen ertoe om slaven te verhandelen. Onder welke omstandigheden werden mensen gevangen, vervoerd, uitgebuit en om hoeveel mensen ging het? Hoe kijken wij (niet) op die periode terug, zijn excuses ooit uitgesproken? In hoeverre zijn er parallellen te trekken met de huidige situatie in Nederland tav (in)tolerantie. Bestaat slavernij in Nederland nog steeds of vindt het plaats op een andere manier en geven we er andere woorden aan?